Tim Baelus

16 min leestijd

Everest Base Camp Trek: praktisch

Afgelopen november maakten mijn broer en ik één van onze mooiste reizen, de trektocht van Lukla naar Everest Base Camp. We lieten jullie in ons eerste artikel al meegenieten met enkele foto's. Aangezien de Everest Base Camp trek bucket list materiaal is voor heel wat avonturiers, hebben we al een hele hoop vragen gekregen over de praktische kant van deze tocht. In dit artikel zal ik proberen om een duidelijk overzicht te geven van de praktische zaken van de voorbereiding en de tocht zelf.

Gids, drager of alleen?

Eerst en vooral is het belangrijk om te beslissen hoe je de tocht gaat doen. Ga je naar boven zonder begeleiding of neem je een gids mee? Draag je zelf je rugzak, of huur je een drager? Dit zal vooral afhangen van wat je zelf als doel gesteld hebt. Wij kozen er voor om de tocht zonder gids en zonder dragers te doen.

Een gids is absoluut niet nodig. De route is perfect aangeduid en nergens gevaarlijk. Er waren helemaal geen situaties waarbij we dachten dat een gids handig geweest zou zijn. Bovendien zijn we niet de meest sociale personen, dus hoe minder mensen waarmee we twee weken aan een stuk beleefdheids-smalltalk moeten doen, hoe beter. Bovendien kan een gids nog een nadeel hebben. Guesthouses zijn vaak minder enthousiast om je te ontvangen als je een gids bij hebt, aangezien zij bijna niets betalen voor hun bed en maaltijd en zo dus een mogelijke plaats innemen van een betalende gast.

Een bijkomend voordeel is dat je zonder gids je eigen ritme kan bepalen. Hoogteziekte is een reëel probleem en het merendeel van de gevallen van hoogteziekte komt voor bij mensen die in groep of met een gids de tocht doen. Ben je alleen, dan bepaal je zelf je ritme en kan je eventueel extra acclimatisatiedagen inlassen, zonder groepsdruk of druk van de gids, die een bepaald schema voor ogen heeft.

Heb je een gemiddelde conditie? Dan kan je ook perfect je eigen rugzak dragen. Voor de vlucht van Kathmandu naar Lukla mag je maximum 15kg bagage meenemen, dus je rugzak zal maximum 15kg wegen. Dit is dus niet onoverkomelijk. Op sommige steile en lange stukken van de tocht zal je rugzak soms wel doorwegen, maar dit hoort wat mij betreft bij de uitdaging. Zonder rugzak kan werkelijk iedereen aan Everest Base Camp geraken.

Kies je er toch voor om een gids en drager te huren, dan kan dit via (dure) touroperators in Kathmandu en online, of je zoekt er in Lukla, waar ze op elke hoek van de straat staan. Tegen de supporters thuis kan je het excuus gebruiken dat je de makkelijke weg kiest om zo de lokale economie te steunen (al gaat er via de gidsen uit Kathmandu en internationale websites volgens mij niet veel naar de lokale economie).

Fysieke voorbereiding

De Everest Base Camp trek is fysiek geen extreem zware tocht. Iedereen met een gemiddelde conditie moet redelijk eenvoudig het op 5364m hoogte gelegen base camp kunnen bereiken. Mijn conditie is bovengemiddeld en voor mij was het eigenlijk redelijk gemakkelijk. Ik heb me ook niet specifiek voorbereid.

Als je niet de meest sportieve persoon bent, dan raad ik wel aan om de maanden voor de tocht te beginnen bewegen. Ga een paar keer per week lopen, of doe wat lange wandelingen, eventueel met een rugzak van 15kg. Doe dit ook met de schoenen die je van plan bent te gaan gebruiken tijdens de trek. Het is absoluut niet verstandig om nieuwe schoenen te kopen en deze in hun verpakking te laten tot je in Lukla uit het vliegtuig stapt.

Het grootste fysieke probleem, waar menig klimmer aan ten onder gaat, is de hoogteziekte. Jammer genoeg kan je je hier niet op voorbereiden. Je kan perfect in conditie zijn en toch last krijgen van hoogteziekte, of omgekeerd, je bent een enorme couch potato, maar je merkt amper het verschil tussen zeeniveau en 5km hoogte. Er zijn een aantal geneesmiddelen die zouden helpen bij het overwinnen van hoogteziekte. Diamox lijkt door iedereen die de tocht doet als snoepgoed geslikt te worden. Wij hebben zelf niets genomen en hebben ook geen last gehad van hoogteziekte. Wil je zelf iets nemen om je kans op hoogteziekte te verminderen, praat er dan over met je huisarts.

Wat volgens mij belangrijker is dan geneesmiddelen, is voldoende water te drinken. Je kan overal flessenwater kopen, maar om het milieu te beschermen wordt dit ten stelligste afgeraden. Neem dus een waterfles mee die je kan hervullen. Je kan onderweg aan kraantjes, of in de guesthouses water nemen. Dit is wel niet 100% veilig, dus je hebt een waterzuiveringssysteem nodig. Je kan kiezen voor waterzuiveringstabletten zoals deze. Het nadeel hiervan is dat je water een vreemde smaak krijgt. Wij kozen voor deze Lifestraw waterfles, waar een mechanische filter zit ingebouwd die het water perfect drinkbaar maakt en geen onaangename smaak aan het water geeft. Bovendien steun je met de aankoop van zo'n fles een project waarmee Afrikaanse kinderen van zuiver water worden voorzien.

Wat meenemen?

Zoals vermeld mag je op de vlucht van Lukla naar Kathmandu maar 15kg bagage meenemen. Dit is ruim voldoende om twee weken in de bergen te overleven. Als je de volledige 15kg gaat meenemen, ga je waarschijnlijk zelfs te veel bij hebben.

Het trekkingseizoen loopt in principe van oktober tot november en van maart tot mei. Buiten deze periode is het ook mogelijk om de tocht te doen, maar dan gaan de weersomstandigheden anders zijn (veel regen in de zomer, heel koud in de winter). Ons advies is dus gebaseerd op een trektocht tijdens het hoogseizoen.

Wanneer je de berg opwandelt, zie je overal klimmers uitgedost in dure, hoogtechnologische kledij, volgens de laatste mode en meestal spiksplinternieuw. Veel jassen die ik zag kostten meer dan onze twee weken durende trip naar Everest Base Camp en terug. Hun dure rugzakken worden, ironisch genoeg, gedragen door dragers op teensletsen. Dit maar om te zeggen dat je geen kapitaal moet uitgeven om comfortabel Base Camp te bereiken.

Al mijn kledingstukken waren goedkope dingen uit Decathlon en volstonden ruim. Ik had 3 hiking broeken bij, waarvan 2 afgeritst konden worden. De derde was een dikke, warme broek, die ik niet heb aangehad. Daarnaast had ik een paar merinowollen base layers, een fleece trui en een paar ademende loopshirts mee. Verder zijn handschoenen en een muts handig voor de frisse ochtenden en een multifunctionele buff om je nek, hoofd of oren te beschermen. Als buitenlaag is een wind- en waterdichte jas uiteraard onontbeerlijk. Liefst een jas waarbij je de fleece binnenkant er uit kan ritsen als het te warm wordt. Natuurlijk kunnen enkele paren sokken en onderbroeken niet ontbreken. Tijdens de twee weken op de berg hebben we amper een wolkje gezien. Zonnecrème en een zonnebril zijn cruciaal.

Wat mij betreft was het meest essentiële wat ik bij had mijn slaapzak. Hierop mag je zeker niet besparen. 's Nachts kan het in de guesthouses enorm koud worden. In de meeste guesthouses krijg je wel een dekentje, maar dat volstaat niet om je warm te houden. In sommige guesthouses is er zelfs helemaal niets voorzien. Een warme slaapzak zal je beste vriend zijn.

Naast kledij zijn er nog een aantal handige dingen die je niet mag vergeten. Eerst en vooral is een goede zaklamp onontbeerlijk. De elektriciteit in de Himalaya komt meestal van een paar kleine zonnepanelen en wordt dus sterk gerantsoeneerd. Aangezien elektriciteit schaars is, zijn er ook heel weinig mogelijkheden om je elektronica op te laden. In de guesthouses kan je voor relatief veel geld je batterijen wel laten opladen, maar met een goede powerbank kan je dus redelijk wat geld besparen. Nog een tip: door de koude kan de capaciteit van je batterijen snel afnemen. Als je ze 's avonds mee in je slaapzak neemt, dan blijft de capaciteit langer op peil.

De muren in de guesthouses zijn flinterdun. Je kan letterlijk elk woord van je buren horen. Daarnaast zorgt de hoogte er voor dat iedereen onophoudelijk hoest en rochelt, zelfs de dragers. Overdag kan je dit nog plaatsen, maar als je buurman je de hele nacht wakker houdt met zijn geslijm en gekuch, dan zijn oordopjes de enige hulpmiddelen die er voor kunnen zorgen dat je in slaap geraakt.

Afhankelijk van je conditie, ga je ook iets nodig hebben om de tijd te verdrijven. Om hoogteziekte te voorkomen mag je per dag niet te veel stijgen en moet je ook regelmatig een rustdag inlassen. Hierdoor ga je op sommige dagen al redelijk vroeg op je bestemming zijn. Op die momenten is er niet zo veel meer te doen. Een goed boek is dus ten zeerste aan te raden. Ik had 'Into Thin Air' van John Krakauer mee, een fantastisch boek over een beklimming van Mount Everest die helemaal fout is gelopen. Er is geen betere plaats om dit boek te lezen dan op de flanken van Mount Everest. Een tweede boek dat we bij hadden en vaak wel handig was, was Trekking in the Nepal Himalay van Lonely Planet. Jammer genoeg hadden we na drie dagen alle boeken al uit. Ik zou dus aanraden om een lichte e-reader mee te nemen en deze vol te steken met leuke boeken.

In de meeste guesthouses kan je je douchen, maar dit is vaak niet goedkoop. Hoe hoger je komt, hoe ijler de lucht en hoe minder makkelijk alles droogt. Steek je toiletzak dus zeker niet vol met grote bussen shampoo en douchegel. Tijdens de hele tocht één keer je haar wassen moet wel volstaan.

Doordat je elke dag op grote hoogte wandelt, verbruik je veel energie. Het eten in de guesthouses is lekker en goedkoop, maar af en toe wil je toch wat anders dan dal bhat of noedels. Het hoogtepunt van de dag was vaak een rustmomentje waar ik een Snickers of een snoepje kon eten. Dit is allemaal onderweg wel te koop, maar veel goedkoper als je het van thuis meebrengt.

Er is heel wat verwarring over welke permits je nodig hebt om de Everest Base Camp trek te doen. Toen wij onze tocht begonnen, was er net een nieuwe wetgeving van kracht die impact had op de permits. Vroeger moest je een TIMS-card hebben, die je in Kathmandu moest kopen. Door een wetswijziging is deze TIMS-card niet meer nodig. Het enige dat je nodig hebt is een lokale vergunning, die je gewoon in Lukla koopt, helemaal aan het begin van de trail. Deze kost 2000 rupee. Als je in Kathmandu navraagt of je de TIMS-card nodig hebt, dan zullen ze dit waarschijnlijk bevestigen, aangezien de wetswijziging er voor gezorgd heeft dat de lokale autoriteiten een nationale inkomstenbron kunnen ondermijnen. De TIMS-card is echter volledig nutteloos op de trail.

Hoe er geraken?

Eerst en vooral is het belangrijk om in Kathmandu te geraken. Kathmandu wordt bediend door een heel aantal internationale luchtvaartmaatschappijen. Regelmatig zijn er mooie promo's te vinden voor vluchten op Qatar Airways, Etihad en Turkish Airlines.

Vanuit Kathmandu vliegen er verschillende kleine luchtvaartmaatschappijen met propellervliegtuigjes naar de luchthaven van Lukla. Alle maatschappijen hebben een vaste prijs. Wij betaalden 288 euro voor de heen- en terugvlucht naar Lukla met Tara Air. Duur, maar de enige mogelijkheid om relatief snel in Lukla te geraken. Je tickets is super flexibel, dus als je plannen wijzigen, dan kan je met een eenvoudige e-mail makkelijk de datum wijzigen. Dit laatste is heel handig, moesten er onvoorziene omstandigheden zijn, waardoor je vroeger of later moet terugkeren.

Hou er wel rekening mee dat de vluchtschema's niet betrouwbaar zijn. Onze terugvlucht had 8u vertraging doordat de luchthaven van Kathmandu een tijdje gesloten was. Dit zorgde voor heel wat stress en gedoe op de luchthaven van Lukla, waar we gelukkig nog dezelfde dag in een vliegtuig konden stappen. Een belangrijke tip is dus om genoeg tijd te laten tussen de vluchten en eventuele verdere plannen (bv. je vlucht terug naar Europa). Probeer ook altijd de eerste vlucht van de dag te boeken. Als er iets mis gaat, dan krijgen de passagiers van de eerste vluchten voorrang bij de herboeking.

Route

Oorspronkelijk was ons plan om de Everest Base Camp trek te doen en dan via de Chola Pass over te steken naar Gokyo. We zagen deze Chola Pass echter niet zitten en dus zijn we terug afgedaald naar Pangboche om vanaf daar terug te klimmen naar Gokyo. We hebben ook één extra rustdag ingebouwd wegens een voedselvergiftiging in Dingboche. De terugweg kan in principe iets sneller, maar we hadden nog tijd over en waren niet gehaast. Het is belangrijk om voldoende acclimatisatie te voorzien, zodat de kans op hoogteziekte zo laag mogelijk wordt. Het is niet nodig om op voorhand accomodatie te reserveren. Je kan gewoon een guesthouse uitkiezen en vragen of er plaats is. Meestal is dit wel het geval.

Dag 1: Kathmandu - Lukla - Namche Bazar. We namen de eerste vlucht van Kathmandu naar Lukla en begonnen daar meteen aan onze tocht. Meestal wordt deze route opgesplitst en verblijf je de eerste nacht in Phakding. Dit is echter geen aangenaam stadje en toen we hier aankwamen was het nog maar 10u 's morgens. We zijn dus ineens doorgewandeld naar Namche Bazar. De klim naar Namche Bazar is een uitdaging, zeker na een lange dag als je helemaal van Lukla komt.

Dag 2: Namche Bazar (acclimatisatiedag). Hou zeker een acclimatisatiedag in Namche Bazar. Je kan de dag spenderen met wandelen naar het hoger gelegen Khunde. Door actief te blijven en hoger te klimmen dan de hoogte waarop je slaapt, ga je beter omkunnen met de hoogte. Wij klommen naar Syangboche, verder naar Khunde en het Hillary Memorial Viewpoint.

Dag 3: Namche Bazar - Debuche. Het eerste deel van deze dag is relatief eenvoudig met redelijk vlakke wegen. Het venijn zit hem in de staart. De klim naar Tengboche is redelijk zwaar. Hier was het ook heel warm. De meerderheid van de klimmers verblijft in Tengboche, dus om de massa voor te zijn, zijn we nog een stukje verder gewandeld naar Debuche.

Dag 4: Debuche - Dingboche. Een relatief makkelijke dag, met niet al te veel hoogteverschil. Vanaf Dingboche begonnen we te voelen dat we op grote hoogte zitten.

Dag 5: Dingboche (acclimatisatiedag). Als acclimatiesatiewandeling beklimmen we de berg ten noorden van Dingboche en komen zo voor de eerste keer boven 5000m!

Dag 6: Dingboche (extra rustdag wegens voedselvergiftiging). De noodles van de dag voordien zijn me niet echt bevallen, waardoor we een extra rustdag inlassen om te herstellen.

Dag 7: Dingboche - Lobuche. Een dagje stevig klimmen, met op het einde heel veel losse stenen, waar je je voeten constant over omslaat. Je begint de hoogte nu goed te voelen. Na onze aankomst in het guesthouse, hebben we nog een klein wandelingetje gemaakt naar de Italian Pyramid. Hier is echter niet zo veel te zien.

Dag 8: Lobuche - Everest Base Camp - Kala Patthar - Gorak Shep. Vandaag bereiken we Everest Base Camp. We doen eerst de korte wandeling naar Gorak Shep, waar we onze rugzakken afzetten in het guesthouse. Vervolgens wandelen we verder naar het Everest Base Camp. Deze wandeling is heel gemakkelijk. Na Everest Base Camp wandelen we terug naar Gorak Shep, waar we Kala Patthar beklimmen. Dit is andere koek, een enorm steile beklimming die serieus doorweegt. Op de top van Kala Patthar bevind je je op het hoogste punt van de tocht, op 5545m hoogte. Hier heb je een prachtig uitzicht over Pumori, Mount Everest, Lhotse, Nuptse, Everest Base Camp, de Khumbu Ice Fall en de Khumbu Gletsjer. Vaak wordt aangeraden om de beklimming te doen bij zonsopgang. Dit vind ik heel raar, ten eerste omdat je bij zonsopgang tegenlicht hebt en je dus geen mooie foto's kan nemen van Mount Everest. Ten tweede is het ook belachelijk koud. Het is een veel beter idee om in de namiddag de beklimming te doen. Dan is het veel rustiger en heb je mooier licht.

Dag 9: Gorak Shep - Pangboche. Vanaf nu gaat het terug bergaf voor een tijdje. Het is een zalig gevoel om af te dalen. Dit is een relatief lange dag, maar dit zorgt er wel voor dat we nog tijd hebben om naar Gokyo te wandelen de volgende dagen. Van Gorak Shep naar Pangboche daal je 1200m en dat zul je merken aan de heerlijke nachtrust.

Dag 10: Pangboche - Thore. Dit is een route die door zeer weinig klimmers gevolgd wordt. De meestse wandelaars richting Gokyo klimmen aan de andere kant van de vallei. De hele dag verloopt redelijk moeizaam. We komen onderweg geen dorpjes tegen en klimmen bovendien de hele dag in de schaduw van de berg, met bijhorende koude tot gevolg. Dit weegt wat op ons gemoed. Achter elke bocht verwachten we een dorpje te zien liggen waar we een guesthouse kunnen vinden, maar helaas, dit blijft maar duren en duren. Uiteindelijk vinden we een dorpje, dat uit twee huizen bestaat, waarvan één de guesthouse is die we op het oog hebben. We zijn ook de enige gasten van de superlieve uitbaters.

Dag 11: Thore - Gokyo (Ri). De tocht naar Gokyo loopt langs de rivier. We zijn onze weg een beetje kwijt geraakt en hebben de rivier van steen naar steen moeten oversteken, om twee minuten later een mooi bruggetje te zien. Het laatste deel van de wandeling loopt langs de kenmerkende prachtig blauwe meren rond Gokyo. Zoals Gorak Shep zijn Kala Patthar heeft, zo heeft Gokyo zijn Gokyo Ri: een ongelooflijk steile bergtop met een prachtig uitzicht. Een laatste zeer zware inspanning van 1.5u brengt ons naar de top, waar we kunnen genieten van een fenomenaal uitzicht over Gokyo, de bergtoppen in de verte, de gletsjer en de meren.

Dag 12: Gokyo - Dole. Een relatief lange dag, maar volledig bergaf. Als je echt wil, kan je in één keer naar Namche Bazar lopen.

Dag 13: Dole - Namche Bazar. Vlak na de start nog één laatste beklimming, ondertussen in heel warm weer, dus zweten geblazen. Hierna gaat het voortdurend bergaf tot het mondaine Namche Bazar.

Dag 14: Namche Bazar - Benkar. In principe is het makkelijk te doen om van Namche Bazar recht naar Lukla te wandelen. We hadden nog wat tijd over en zijn dus op ons gemak naar Benkar gewandeld, naar een guesthouse waar we de eerste dag van de tocht heerlijk gegeten hadden. Bovendien was de locatie prachtig, naast een klaterende rivier met een heerlijk terras waar we de hele namiddag van de zon konden genieten.

Dag 14: Benkar - Lukla. De eindsprint naar Lukla, waar we vroeg aankomen en ons de rest van de dag aan de luchthaven zetten en aan planespotting doen.

Op dag 15 vliegen we, met heel veel vertraging, terug van Lukla naar Kathmandu.

Kostprijs

Nepal is goedkoop. Heel goedkoop. De totale kostprijs (exclusief vluchten, dus puur voor de trektocht) bedroeg 298 euro. Hier zat alles inbegrepen van eten, accomodatie, occasioneel wifi en heel occasioneel een douche. Onderweg moet alles cash betaald worden, dus neem zeker genoeg rupees mee. Je kan beter te veel dan te weinig meenemen. Hou ook wat achter de hand voor noodgevallen.

Verwacht geen superdeluxe hotels. Je overnacht in eenvoudige guesthouses, met gemeenschappelijke "badkamers" en toiletten die 's nachts vastvriezen. De muren zijn dun en het wordt ongelooflijk koud.

Maar de mensen zijn enorm gastvrij, het eten is lekker en de warmte van de kachel in de gemeenschappelijke eetzaal kan heerlijk zijn.

Maar het allerbelangrijkste zijn uiteraard de uitzichten die je onderweg ziet. De reis was één van mijn mooiste ervaringen en ik zal zeker nog eens terugkeren.

Heb je nog vragen? Laat het ons gerust weten in de comments!

Deze artikels kunnen je ook interesseren